Minister Van Hijum (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) heeft de Tweede Kamer op de hoogte gebracht van de inzichten uit het Octas-rapport. Dit rapport, opgesteld door de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel (Octas), bevat voorstellen om het arbeidsongeschiktheidsstelsel eenvoudiger en beter uitvoerbaar te maken. Ook de Eerste Kamer heeft een vergelijkbare brief ontvangen.
Doel van het Octas-rapport
De commissie Octas heeft onderzocht hoe het arbeidsongeschiktheidsstelsel verbeterd kan worden. Het rapport doet aanbevelingen om de regels minder complex te maken en de uitvoerbaarheid te vergroten. Dit is noodzakelijk, aangezien het stelsel voor ziekte en arbeidsongeschiktheid onder druk staat door de stijgende instroom in de WIA, oplopende achterstanden bij beoordelingen en financiële knelpunten. Een belangrijke overweging is dat elk toekomstig stelsel bescherming moet blijven bieden aan mensen die door ziekte niet meer kunnen werken, terwijl voor mensen met arbeidsmogelijkheden de focus op re-integratie moet liggen.
Lees hier de Kamerbrief ‘opvolging rapport Octas’
Drie varianten voor het toekomstige stelsel
Het Octas-rapport schetst drie mogelijke varianten voor de toekomst:
Variant 1: BETER
Het huidige stelsel verbeteren door het aantal uitkeringsregimes te verminderen en de IVA-uitkering af te schaffen, zodat een uniform WIA-regime overblijft.
Variant 2: WERK
Werk staat centraal. Dit model stelt voor om pas op een later moment een medische beoordeling te doen en eerst in te zetten op een re-integratie-uitkering.
Variant 3: BASIS
Een basisregeling voor alle werkenden, ongeacht of zij werknemer of zelfstandige zijn, met aanvullende mogelijkheden voor werknemers.
Een belangrijk discussiepunt is of de ondergrens voor arbeidsongeschiktheid van 35% verlaagd moet worden naar 25% of zelfs 15%, wat meer mensen toegang zou geven tot de WIA. Dit zou echter aanzienlijke financiële gevolgen hebben, met kosten die kunnen oplopen tot 500 miljoen euro per jaar.
Vervolgstappen
Minister Van Hijum benadrukt dat het rapport waardevolle inzichten biedt. Het kabinet analyseert de aanbevelingen en bekijkt welke maatregelen haalbaar en wenselijk zijn. De aanpak wordt gestructureerd in drie fasen:
Korte termijn (2025)
Directe vereenvoudigingen binnen het bestaande stelsel, zoals het afschaffen van de WGA-vervolguitkering en de IVA.
Middellange termijn (2025-2026)
Empirische onderzoeken en beleidsconsultaties over mogelijke harmonisatie van regelingen.
Lange termijn (vanaf 2026)
Fundamentele hervormingen, waaronder de implementatie van een basisverzekering voor zelfstandigen en een integratie van sociale zekerheidssystemen.
Reacties op de Kamerbrief
Verzekeringsarts en jurist Jim Faas deelde zijn analyse op LinkedIn:
“De kamerbrief is er, maar bevat geen verrassingen.” Faas stelt dat de media verschillend reageren: de Volkskrant bericht beheerst, terwijl het AD de vakbonden aan het woord laat. Hij pleit voor snelle keuzes en waarschuwt voor eindeloze discussies zonder vooruitgang.
Volgens Faas is het onwenselijk om opnieuw een lange discussie te voeren over de hervorming van de WIA, zonder tot concrete beslissingen te komen. Er moeten keuzes worden gemaakt, omdat de prognoses van het UWV geen ruimte laten voor verdere vertraging. Hij vindt dat de IVA en de VVU grondig herzien moeten worden. De IVA zou op de schop moeten vanwege inhoudelijke beoordelingsredenen, terwijl de VVU aangepakt moet worden omwille van bestaanszekerheid.
Ook benadrukt hij dat de hoogte van de WIA-uitkering voor bestaande gevallen niet verlaagd moet worden. Dit zou direct voor maatschappelijke onrust zorgen, iets wat volgens hem voorspelbaar is en ten koste gaat van de voortgang in het debat. Daarnaast stelt hij dat het onderscheid tussen duurzaam en niet-duurzaam arbeidsongeschikt in de praktijk niet goed uitvoerbaar is. Verzekeringsartsen kunnen bij een groot deel van de WIA-instroom geen duidelijke prognose stellen en worden nu door wetgeving gedwongen om te kiezen tussen een harde ja of nee, terwijl de werkelijkheid vaak complexer is. Dit probleem speelde niet in de WAO, waar de uitkeringshoogte niet afhankelijk was van de vraag of iemand duurzaam arbeidsongeschikt werd geacht. Daar werd een onderscheid gemaakt tussen mensen die herbeoordeeld moesten worden en mensen waarbij dat niet nodig was. Faas pleit ervoor om die werkwijze te herintroduceren.
Publieke raadpleging over de voorstellen
Om de maatschappelijke opinie over de voorstellen te peilen, voerde onderzoeksbureau Populytics, in opdracht van Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van Hijum, een digitale raadpleging uit onder meer dan 4.000 personen, waaronder werkgevers, arbeidsongeschikten en sociale partners. De belangrijkste bevindingen:
Inkomenszekerheid
Respondenten benadrukken het belang van een stabiel inkomen voor arbeidsongeschikten om re-integratie mogelijk te maken.
Arbeidsparticipatie
Werkhervatting moet beter worden gestimuleerd, onder andere door financiële drempels weg te nemen.
Balans tussen maatwerk en uniformiteit
Specifieke groepen, zoals mensen zonder werkgever, hebben extra ondersteuning nodig.
Werkgevers ondersteunen
Heldere richtlijnen en lagere lasten zijn noodzakelijk om werkgevers te stimuleren om arbeidsongeschikte werknemers aan het werk te helpen.
Samengevat
Het kabinet staat voor een complexe taak om het arbeidsongeschiktheidsstelsel toekomstbestendig te maken. De voorgestelde hervormingen beloven een eenvoudiger en beter uitvoerbaar systeem, maar roepen ook nieuwe vraagstukken op over betaalbaarheid en uitvoerbaarheid. De discussie over de WIA, en breder over de sociale zekerheid, zal de komende tijd volop gevoerd worden.
De minister streeft ernaar om voor de zomer van 2025 een pakket met concrete korte termijnmaatregelen te presenteren, terwijl het kabinet werkt aan een langetermijnvisie voor een duurzaam stelsel. Hoe deze maatregelen uiteindelijk vorm krijgen, zal afhangen van de politieke en maatschappelijke keuzes die de komende maanden gemaakt worden.