In korte tijd verlaten negen werknemers een bedrijf om bij dezelfde nieuwe werkgever in dienst te treden, schrijft van Zijl Advocaten. De kantonrechter legt aan twee ex-werknemers een verbod op om nog meer oud-collega’s te benaderen. Ook de nieuwe werkgever krijgt een verbod om werknemers van de oude werkgever aan te nemen.

Achtergrond van de zaak

Het betrokken bedrijf, dat deel uitmaakt van een Amerikaans concern en handelt in elektronische componenten, zag zijn Vice President Sales vertrekken per 1 maart 2024. Deze werknemer kreeg een ontslagvergoeding van €500.000 en ging vervolgens werken bij een nieuw opgerichte dochtermaatschappij van een Duits concern. In april en mei van dat jaar stapten nog acht andere ex-collega’s, waaronder een HR-medewerker en zeven salesmedewerkers, over naar dezelfde nieuwe werkgever.

De oude werkgever vermoedt dat de ex-Vice President Sales actief zijn voormalige collega’s heeft geworven en zelfs klanten benadert voor commerciële doeleinden. Alle ex-werknemers hadden contracten met daarin een geheimhoudings-, relatie- en anti-ronselbeding (dat het weglokken van collega’s verbiedt). De werkgever eist dat de ex-werknemers en de nieuwe werkgever schriftelijk bevestigen dat zij deze bedingen respecteren, maar dit blijft uit.

Eisen bij de rechter

De oude werkgever stapt naar de rechter en eist dat het de ex-werknemers en de nieuwe werkgever verboden wordt om (1) werknemers van de oude werkgever te benaderen, (2) klanten of leveranciers te werven, en (3) bedrijfsinformatie te delen. Ook eist de werkgever dat de ex-werknemers documenten, zoals contracten en correspondentie, overleggen om hun handelingen te verantwoorden.

Uitspraak van de rechter

De kantonrechter oordeelt dat de oude werkgever een spoedeisend belang heeft vanwege de schade die ontstaat door verlies van personeel en omzet. De rechter bekijkt of er sprake is van contractbreuk door de ex-werknemers en of de nieuwe werkgever hiervan profiteert.

Uit onderzoek blijkt dat de ex-Vice President Sales en de HR-medewerkster actief hebben samengewerkt om oud-collega’s te werven. Dit is in strijd met hun contractuele verplichtingen. Hoewel niet is aangetoond dat zij klanten actief hebben benaderd, is duidelijk dat er sprake is van een georganiseerde wervingsactie.

De nieuwe werkgever profiteert volgens de rechter van deze contractbreuken, omdat de voormalige Vice President Sales nu bestuurder is bij het nieuwe bedrijf. Daarom wordt dit als onrechtmatig handelen beschouwd.

Rechterlijk verbod

De rechter legt een verbod op voor de ex-Vice President Sales, de HR-medewerkster en de nieuwe werkgever. Zij mogen gedurende een jaar geen werknemers van de oude werkgever benaderen. Ook moeten zij documenten, zoals correspondentie en WhatsApp-berichten, overleggen om meer duidelijkheid te verschaffen over hun handelingen. Aan deze veroordelingen zijn flinke dwangsommen verbonden.